De Leerkuil

De Leerkuil is ontwikkeld door James Nottingham (De leeruitdaging – diep leren in de leerkuil). Hij gebruikt deze metafoor om inzichtelijk te maken hoe het leerproces bij grondig leren verloopt.

James Nottingham vergelijkt het leren van nieuwe dingen of het onder de knie krijgen van nieuwe leerstof met het langzaam in een kuil terechtkomen. Voor je het beseft, bevind je je op de bodem van de kuil en vraag je je af hoe je hieruit kunt raken.


Wat voor de één een leerkuil is, is voor de ander misschien maar een klein putje in de weg waar makkelijk overheen gestapt kan worden. Maar als je simpelweg over een kuil kan stappen of springen ben je  niet aan het leren. je hebt geen moeite of inspanning hoeven leveren en je bent geen uitdagingen tegengekomen. Je komt dus alleen in de leerkuil terecht als de uitdaging groot genoeg is. De leerkuil haalt je uit je comfortzone en vraagt om inzet en doorzettingsvermogen.

Als een leerling een aantal keer succesvol uit de leerkuil is geklommen, verdwijnt het onaangename gevoel dat het met zich mee kan brengen als je in de kuil te zit. De ervaring van het uit de kuil klimmen na het tonen van de juiste inzet, zorgt voor vertrouwen in een goede afloop bij overwinnen van een volgende leerkuil.

Hoe weet je dat je aan het leren bent?

De leerkuil laat het aan de hand van de volgende stappen zien:

1. Ik denk dat ik weet hoe ik dit kan aanpakken
Je krijgt te maken met een nieuwe leerstof of te leren vaardigheid en gaat aan de slag om  het aan te pakken. Dit kan een uitdaging, een vraagstuk of een opdracht zijn, bijvoorbeeld: leren schaatsen, rekenen boven het tiental of Franse grammatica.

2. Het is toch niet zo makkelijk als ik dacht
Je begrijpt het niet gelijk. Het wordt nog ingewikkelder door alle vragen die je jezelf stelt bij het oplossen. Hoe pak ik dit aan? Welke strategie moet ik gebruiken?

3. Ik twijfel hoe ik verder zal gaan
Je vindt het moeilijk. Misschien geeft het je zelfs een zenuwachtig gevoel en je zou misschien wel op willen geven om zo snel mogelijk te ontsnappen uit deze situatie.  (‘Dat gaat mij toch nooit lukken!’).

4. Ik zal moeten doorzetten… en misschien om hulp vragen
Je probeert het op een andere manier. Je zet door tot je het probleem hebt opgelost of vaardig bent geworden. Als dat niet alleen lukt, kun je iemand om hulp vragen.  

5. Ik denk dat het gaat lukken

Je hebt het gevoel dat je er, met de inzet die je getoond hebt, toch uit gaat komen.

6. Eureka, ik kan het!
Je hebt het probleem opgelost!Je hebt de leerkuil van ‘niet vaardig’ naar ‘vaardig’ weten te overbruggen. Je kunt op het proces reflecteren, want je weet hoe je hier bent gekomen. Je hebt vertrouwen in jezelf. Nu heb je ècht het leerproces doorlopen.

Voorbeeld

Een eenvoudig voorbeeld van de leerkuil, is leren waterskiën:

De instructeur legt in theorie uit hoe je het zou moeten doen. Je oefent een keer op het droge en vervolgens ga je al snel ga je echt het water op en sta je op de ski’s. Maar zodra je het water raakt, kom je ten val. En zo val je nog je nog minstens tien keer. Je wordt moe van het steeds weer  terugzwemmen en op de kant klimmen. Je zou eigenlijk het liefst willen opgeven. Je wordt zelfs een beetje boos op jezelf omdat het maar niet lukt. Het is echt moeilijk en het kost je veel energie.

Je vraagt de instructeur wat je verkeerd doet. Aan de hand van zijn aanwijzingen blijf je  proberen. Het lukt je om steeds langer overeind te blijven. .Je krijgt het vertrouwen dat het toch wel een keer gaat lukken om een hele ronde te blijven. En dat lukt!

Als je vooraf weet dat een leerproces er zo uit ziet, zet je misschien wel vaker door. Want uiteindelijk wil toch iedereen de overkant bereiken?

Hoe kun je leerlingen hierbij helpen?

Gebruik de leerkuil om het leerproces aan ze uit te leggen. Geef tips bij de verschillende fasen (probeer het op een andere manier, laat het even los om vervolgens weer fris verder te gaan of vraag om hulp als het alleen niet  lukt). Geef ze het vertrouwen dat als ze doorzetten, ze er echt uit zullen komen.

Een training op jouw locatie?